Goudgele rakkers
- bkeizerr
- 13 apr 2016
- 2 minuten om te lezen
Het studentenleven is afzien. We hebben feestjes nodig om die zware hoorcolleges, tentamens en lestijden (hallo driedaags weekend) te kunnen doorstaan. We hebben het heel zwaar. Echt.

En zo komt het ook weleens voor dat ik mijn joggingbroek inruil voor een leuk jurkje en het Utrechtse nachtleven in duik. Daar word ik doorgaans geconfronteerd met hetzelfde feit: mijn alcoholtolerantie is vrij laag. Waar vrienden op een avond makkelijk tien bier achterover slaan, begin ik al te giechelen na een half glas wijn.

Proost
Op een avond besluiten een vriendin en ik naar een feest van onze studievereniging te gaan. Het thema is ‘kleurenfestijn’. Het ideale excuus voor studenten om goudgele rakkers te drinken tot ze groen zien van misselijkheid. Ook wij proosten een paar keer op het goede leven, en niet alleen met een colaatje.
Een paar uur later is het ineens half vijf en eten we patat op bed. Een halfuur later besluiten we tosti’s te maken om vervolgens boven een bord geroosterd brood in slaap te vallen. De volgende dag hoor ik de doffe techno beats nog in mijn hoofd nadreunen, maar vertik ik er aan toe te geven, want die avond ga ik weer uit met vrienden van mijn oude middelbare school. Minder zeuren, meer koffie.

Nuchter
We dansen tot onze voeten niet meer kunnen. Hoewel het woord ‘dansen’ een wel een andere definitie krijgt in een propvolle club. Als pinguïns waggelen we over de dansvloer. In een filosofische bui (wat zat er precies in dat shotje?) kom ik tot de conclusie dat de vooroordelen over het studentenleven eigenlijk helemaal niet kloppen. Alsof we meer met ons hoofd in de kroeg dan in de boeken zouden hangen. Onzin. De jongens om me heen zijn net zo nuchter als een pasgeboren schaapje. Lam dus.
Af en toe moet je je leven ondersteboven zetten om te kijken of er nog meer in zit. Zelfs als dat betekent dat je om vier uur ’s ochtends in een niet zo koosjere snackbar slappe friet met waterige satésaus wegwerkt (overigens niet voor herhaling vatbaar). Heerlijk zo’n studentenleven.

De kater komt later
Alhoewel… Na een tweede nacht van vijf uur slaap, zie ik dat de huiskat van mijn vriendin niet de enige kater is waar ik last van heb. De kringen onder mijn ogen bewijzen dat ik leuke avonden heb gehad, maar ik ben minder blij als ik op zondag de bacardi mag inwisselen voor water met aspirines.
Alcohol kan heel leuk zijn. Het is een medicijn tegen de bijwerkingen van het leven. Maar op het moment dat je je niet meer kunt herinneren wat je de vorige avond gedaan hebt, kun je je afvragen of ‘bier’ altijd rijmt op ‘plezier’.
Ik heb een nieuw motto. Genieten voor de volle honderd procent. Drinken met mate. Daar proost ik op- met een kopje thee.
Afbeeldingen: telegraaf.nl, reactiongifs.com, pinterest.com, telegraph.co.uk
Comments